Log in of maak een account aan.
Over levend verlies spreken we als een verlies niet in één keer, maar gefaseerd plaatsvindt. Als het ware een leven lang.
Verliezen lijden we allemaal. En doorlopend. We zijn ons er beslist niet altijd van bewust, maar om elk verlies rouwen we. Rouw is het antwoord op een verlies. Als we de trein missen rouwen we kort en niet hevig, maar als teleurstelling. Als we ouder worden en bijvoorbeeld lichamelijke klachten krijgen, rouwen we om het verlies van gezondheid en conditie, waardoor we niet meer alles kunnen wat we zouden willen.
Ouders van een kind met een beperking doorlopen een eigen proces. Ook elk rouwproces is volstrekt individueel. Ouders die vanaf de geboorte weten dat hun kind een beperking heeft (lichtelijk of verstandelijk) beginnen al met een verlies: hun geliefde kind zal niet alles kunnen en niet het leven kunnen leiden, wat ze zo graag voor hun kind willen. In de loop van het leven is er soms hoop en dan weer wanhoop en teleurstelling. Dat houdt niet op.
Ouders die pas in de loop van het leven van hun kind ontdekken dat het zich niet “normaal” ontwikkelt, beginnen later aan dit proces, hoewel er heel vaak al wel aanwijzingen zijn die alleen de ouders zien. Dat brengt ook al onrust en verdriet teweeg, omdat het nog niet verder gezien wordt.
Het hele proces met een kind met een beperking is vaak een moeizame weg van vallen en opstaan: niet begrepen worden, niet de juiste zorg krijgen voor het kind, afgedaan worden als overbezorgd, het verwijt krijgen niet los te kunnen laten, de realiteit niet onder ogen te kunnen zien. Terwijl je als ouder maar een ding voor ogen hebt: wij willen voor dit kind, ons geliefde kind dat al begonnen is met een achterstand, een zo gelukkig mogelijk leven.
Sommige ouders raken mismoedig en wanhopig, anderen worden tijgers en vechten zich dood. Velen realiseren zich niet dat ze rouwen. Ze rouwen om het beperkte leven van hun kind, om alle kansen die dit kind niet krijgt, om de worsteling en strijd van het kind zelf, om het verdriet, en ook nog om de andere kinderen (krijgen ze wel genoeg aandacht?) en de relatie met hun partner. Ook die komt vaak onder druk te staan, omdat zoveel energie naar dit ene kind gaat.
Je bewust worden dat je rouwt om een levend verlies kan helpen om er mee om te gaan. Ook kan het je omgeving helpen om te snappen wat er aan de hand is. Ieder heeft zijn of haar eigen rouwproces en moet leren roeien met twee riemen: het stilstaan bij het verlies en weer verder gaan. Maar het verlies is er onophoudelijk en neemt steeds weer nieuwe vormen aan. Bij elke fase in het eigen leven en in het leven van het kind zijn er weer nieuwe dingen die verdriet doen. Waar er eerst nog gewerkt kon worden, blijkt dat nu toch teveel gevraagd: dan dagbesteding. En ook dat kan te veel worden: dan thuis zijn. Ook fysiek kan er steeds meer leed komen en een van de grote worstelingen van ouders is: hoe moet dat nou als ik er niet meer ben? Dat is een groot verdriet. Het kan helpen om het anderen uit te leggen als verlies: Help me, hoe regel ik dat nou zo goed mogelijk, zodat ik daarmee kan leven?
Levend verlies is vermoeiend, omdat het nooit stopt. Er moet telkens aan “gewerkt” worden. En naarmate de tijd vordert, neemt het bewustzijn toe dat het nooit zal stoppen. Tijd nemen om te rouwen en ook om geregeld te herstellen, voelt egoïstisch, maar is bittere noodzaak. We zijn niet zielig, maar dragen wel een aardig pak mee. En dat wordt niet altijd erkend en gezien…