Log in of maak een account aan.
Omgaan met gefrustreerd gedrag, dat is een hele klus. Je hebt hierbij te maken met het gedrag en de gevoelens van je kind, maar ook met jouw eigen gevoelens en energielevel. Hét gouden advies? Zoals altijd is die er niet. Wel zijn er acht handvatten om de last wat te verlichten.
Dagelijks kunnen zich situaties voordoen die voor jouw kind een reden zijn om gefrustreerd gedrag te laten zien. Toch richt het belangrijkste advies zich niet op hem of haar, maar op jou. Jij bent hét middel om positiever gedrag van je kind te krijgen! Hoe jij je voelt, hoe rustig jij kunt blijven en hoe veel ruimte je hebt om kinderen te laten zijn wie ze zijn: dat alles bepaalt het succes.
Daarom: zorg goed voor jezelf!
Het is soms moeilijk om tijd voor jezelf vrij te maken. Echter, hoe klein de momenten ook zijn, ze maken een groot verschil. Ook als de kinderen om je heen zijn, kun je tijd voor jezelf plannen. Probeer die momenten te vinden. Lunch bijvoorbeeld om en om als je meerdere kinderen hebt, zodat de ander even alleen is en je meer tijd hebt voor de een én jezelf. Geef je kinderen langer schermtijd en laad in die tijd zelf even op.
Mensen in jouw omgeving kunnen je helpen bij meer dingen dan je denkt. Ze kunnen bijvoorbeeld al allerlei zaken buiten de deur doen, zoals boodschappen doen, post ophalen en vergelijkbare dingen. Vraag een vriendin of ze wil helpen in het huishouden of om even met je kind in de speeltuin te spelen. Jij laadt in de tussentijd op of doet dat wat er steeds maar niet van komt. Probeer over die drempel te stappen en durf hulp te vragen. Mensen zijn echt bereid om te helpen, al helemaal als ze merken dat het jou verlicht.
Als je aan je taks zit en je kind begint te jengelen of te klieren, dan loopt de emmer snel over. Laat iemand anders de taak overnemen als dit dreigt te gebeuren. Is er niemand anders? Dan is het tijd om het iets anders aan te pakken. Zorg dat je je eigen moment van rust creëert door niet alle strijd aan te gaan. ‘Choose your battles’. Wat extra tv kijken? Prima. Vanavond wat minder gezond eten? Oké. Vandaag niet wassen? Morgen weer een dag. Structuur en regels zijn zeker belangrijk en bieden rust en duidelijkheid, maar durf het een beetje los te laten als de nood aan de man is. De batterij van papa en/of mama moet namelijk nog lang mee.
Heeft je eigen batterij voldoende energie? Kijk dan naar wat je kind eigenlijk van je vraagt. Dat gefrustreerde gedrag, hoe irritant ook, is een vraag om hulp, een uiting van iets wat onderliggend is.
Kinderen willen, net als volwassenen, graag gezien en erkend worden. Ze willen dat hun emoties gehoord worden. Dat geeft rust. Benoem wat je ziet en erken dat dat vervelend is voor je kind: ‘Ik zie dat je boos bent, wat naar voor je dat je je zo voelt.’ Als taal te ingewikkeld is, let dan extra op je gezichtsuitdrukking, stem en lichaamshouding. Een korte aanraking of omhelzing werkt vaak ook.
Voordat je ingewikkeld gaat nadenken, stop! Stel jezelf de basisvragen: heeft mijn kind honger, dorst, behoefte aan nabijheid of is het moe? Is er een fysiek ongemak? Ligt hij niet lekker, is hij te warm of te koud of is er een medische oorzaak? Schroom niet om de huisarts te bellen bij een oorontsteking, buikpijn of andere klacht. Zo’n 80% van het gefrustreerde gedrag van kinderen is doorgaans verholpen als aan de basisbehoeften is voldaan.
Soms weet je het, soms kan je het wel raden en soms is het een kwestie van uitproberen. Lijkt je kind bang of gespannen? Probeer hem dan gerust te stellen. Dat doe je door hem of haar vast te houden, te masseren of even af te leiden. Heeft je kind vooral veel boosheid en energie in zijn lijf? Kies dan een activiteit om dit eruit te laten. Even bewegen, slaan op een kussen of even lekker schreeuwen helpt.
Het kan lucht geven om contact te zoeken met de zorgverleners die regelmatig voor je kind zorgen. Zij kennen hem of haar ook goed en herkennen misschien precies dat gedrag. Misschien laat je kind bepaald gefrustreerd gedrag na het eten daar ook zien. Ze denken vast graag mee in wat je kan doen.
Wees niet te streng voor jezelf. Zolang het belang van je kind voor jou voorop staat en je maar wil leren van jezelf, doe je niks fout. Heeft iets een keer niet gewerkt, dan probeer je het de volgende keer weer opnieuw. Dat is geen falen, maar van elkaar leren.